8 juli 2025 - 4 min leestijd

‘Europa moet vol inzetten op 3D-printen om concurrentie voor te blijven’

Europa dreigt een historische kans te missen. Terwijl landen als de VS en China fors investeren in additive manufacturing (AM) – beter bekend als industrieel 3D-printen – blijft de Europese aanpak gefragmenteerd en versnipperd. Toch heeft juist Europa de kennis, de industriële basis en het netwerk om uit te groeien tot wereldleider in deze veelbelovende technologie. Maar dan is nu actie nodig. Dat is de kernboodschap van het manifest dat branchevereniging CECIMO en veertien Europese partners deze maand hebben gepresenteerd.

Additive manufacturing is geen hype meer. In sectoren als de luchtvaart, medische technologie, defensie, automotive en energie is de technologie hard op weg om mainstream te worden. Niet alleen omdat het materiaalgebruik drastisch vermindert – soms tot wel 50% – maar vooral vanwege de ontwerpvrijheid, maatwerkopties, en de mogelijkheid om productie te decentraliseren. Reserveonderdelen kunnen lokaal en op aanvraag worden geprint. Gecompliceerde giet- en spuitgietprocessen worden efficiënter. En in de opkomst van waterstoftechnologie speelt AM een stille, maar cruciale rol.
Toch wordt het volledige potentieel van AM in Europa nog lang niet benut. “De EU heeft via onderzoeksprogramma’s zoals Horizon en Digital Europe wel stappen gezet,” stelt Vincenzo Belletti, directeur EU Public Affairs bij CECIMO. “Maar om écht impact te maken, is meer nodig: een gecoördineerde strategie, betere samenwerking tussen lidstaten en industrie, en vooral een langetermijnvisie.”

Europa verliest terrein
Waar Europa tot voor kort nog koploper was, zien we nu dat Noord-Amerikaanse en Aziatische concurrenten stevig investeren. Niet alleen met geld, maar ook met duidelijke nationale strategieën, wetgeving en stimuleringsregelingen. De VS hebben bijvoorbeeld AM opgenomen in hun ‘critical infrastructure strategy’, terwijl China grootschalige AM-hubs ontwikkelt.
Europa, daarentegen, worstelt met versnippering. Overheden en bedrijven werken vaak los van elkaar, met uiteenlopende standaarden, opleidingen en toepassingen. Het gevolg: veelbelovende innovaties blijven hangen in pilots en demonstratieprojecten. En dat terwijl de geopolitieke urgentie groter is dan ooit. De oorlog in Oekraïne, spanningen rond Taiwan, en kwetsbare mondiale toeleveringsketens maken duidelijk dat strategische autonomie geen luxe meer is – maar noodzaak.
Volgens het manifest biedt AM precies de antwoorden die Europa nodig heeft. Op drie terreinen springt dat eruit:
1. Duurzaamheid
Door lichtere producten te maken, het aantal productiestappen te reduceren en verspilling tegen te gaan, draagt AM direct bij aan de Green Deal-doelstellingen. Lokale productie verlaagt bovendien de transportbehoefte en daarmee de CO₂-uitstoot.

2. Strategische autonomie
AM stelt Europa in staat om productie te ‘reshoren’: dichter bij huis, sneller, en met meer grip op kritieke onderdelen. Denk aan medische hulpmiddelen, defensiecomponenten of reserveonderdelen voor infrastructuur. In crisistijden, zoals tijdens corona, blijkt de waarde daarvan onmiskenbaar.

3. Digitalisering van de industrie
AM is verweven met de digitale transitie. Het gebruik van digitale ontwerpbestanden, sensoren, AI en robotica maakt productie slimmer en flexibeler. Daarmee vormt AM een hoeksteen van Industrie 4.0.

Barrières blijven hardnekkig
Toch zijn er obstakels die een brede uitrol van AM in de weg staan. Zo is er een gebrek aan kennis. Veel beslissers in de industrie zijn nog onvoldoende vertrouwd met de implicaties van AM voor ontwerp, productie en logistiek. Daarbij is er een tekort aan vakmensen: van ontwerpers tot operators en materiaalexperts – de arbeidsmarkt kan de vraag nauwelijks bijbenen. Natuurlijk zijn er ook nog genoeg technologische uitdagingen. De kwaliteit en reproduceerbaarheid van geprinte onderdelen moeten verder omhoog. Ook post-processing en materiaalontwikkeling zijn nog bottlenecks. Tot slot is er geen gemeenschappelijke Europese strategie of standaardisatie.

Europees actieplan
CECIMO en partners stellen in het manifest vijf strategische aanbevelingen voor om AM in Europa te versterken:
1. Ontwikkel een Europese AM-strategie
Naar voorbeeld van het gecoördineerde AI-plan van de EU, pleit het manifest voor een concrete AM-strategie die sterktes en zwaktes in kaart brengt, en heldere acties formuleert.
2. Richt een publiek-privaat AM-platform op
Dit Europese platform moet fungeren als centraal aanspreekpunt voor beleid, standaardisatie, marktontwikkeling en innovatie.
3. Gebruik publieke investeringen slimmer
Door bestaande kennis en roadmaps beter te benutten (zoals AM-Motion), kan overlap worden vermeden en geld effectiever worden ingezet.
4. Maak AM onderdeel van crisiscapaciteiten
Door een netwerk van AM-faciliteiten op te zetten, kan Europa tijdens crises sneller kritieke onderdelen produceren.
5. Investeer in scholing en vaardigheden
Bouw voort op EU-projecten als SAM (Sector Skills Strategy in Additive Manufacturing) om het tekort aan vakmensen structureel aan te pakken.

Additive manufacturing is volgens CECIMO volwassen geworden. De vraag is niet óf de technologie een hoofdrol gaat spelen, maar waar – en door wie. Europa heeft nog steeds een sterke uitgangspositie, met toonaangevende bedrijven, kennisinstellingen en een innovatieve maakindustrie. Maar zonder regie, visie en investeringsbereidheid dreigt de EU het speelveld uit te worden gedrukt. Het manifest van CECIMO is dan ook geen pleidooi voor vrijblijvend overleg, maar een oproep tot actie. Want de toekomst van de Europese maakindustrie wordt nú geschreven – laagje voor laagje.

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte, schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Meld je aan voor de wekelijkse nieuwsbrief van TechniShow met al het nieuws uit de productietechnologie!
Aanmelden