28 september 2022 - 7 min leestijd

Arbeidsmarkt is bottleneck, maar besef dat kennisontwikkeling in verspaning nodig is, dringt door

Uit de benchmark Verspaning 2022 blijkt dat circulair, 3D-printen en hogere reinheidseisen elk een grotere rol gaan spelen. De krappe arbeidsmarkt blijft echter een bottleneck. Er is mogelijk een antwoord: het besef dat de ontwikkeling van de onderneming voor een belangrijk deel afhangt van de medewerkers, dringt door.

Kijk je naar toekomstige trends, dan spelen de komende jaren zaken als hogere reinheidseisen, 3D-printen en circulair. De verspaners zijn hier in meer of mindere mate mee bezig. Zo zegt 26% van de bedrijven nieuwe technologie in huis te halen om aan de hoge reinheidseisen te kun­nen voldoen. Een nog groter deel (31%) besteedt dit werk uit. Vijf jaar geleden speelde dit thema nog amper. Dat blijkt uit de benchmark Verspaning 2022.

De vragen over in hoeverre verspanende bedrijven te maken hebben met de circulaire economie, geven een duidelijk, maar ook ontluisterend beeld. Liefst 83% zegt dat klanten hier nog geen eisen aan stellen. Zij kunnen wel iets leren van de bedrijven waarvan klanten wel al eisen stellen ten aanzien van circulariteit (17%). Twee op de drie van deze bedrijven werkt aan het verminderen van het afval in de productie en recycling ervan. Eén op de drie zegt ook energiegebruik te verminderen en 58% ervan is bezig meer duurzame materialen te gebruiken. De circulaire economie is een onderwerp dat bij de Benchmark Verspanen 2017 niet speelde. Dat geldt niet voor 3D-printen; die technologie kwam vijf jaar geleden ook al aan bod. De groep bedrijven die in eigen huis 3D-print is gelijk gebleven, namelijk 20%. Twee op de drie hiervan gebruikt de techniek voor het maken van prototypes, en één op de drie voor de productie van interne tooling. 

Cirulariteit

Naast digitalisering is de circulaire economie de andere grote trend waarmee de maakindustrie te maken krijgt. Het feit dat dit nu nog amper speelt, betekent niet dat maakbedrijven er niet mee bezig hoeven te zijn. Duurzaamheid speelt onder druk van de politiek en samenleving een steeds grotere rol en verspanende bedrijven moeten zich afvragen hoe ze de verspanende bewerking kunnen verduurzamen. Het gebruik van op fossiele grondstoffen gebaseerde koelsmeermiddelen en het verspanen van soms tot wel 90% van het uitgangsmateriaal, zijn niet bepaald aspecten waarmee je straks nog goede sier maakt als het om duurzaamheid gaat. Ook niet als het voor de functionaliteit en de veiligheid van componenten noodzakelijk is. Teleurstellend is daarom het gegeven dat 3D-printen in vijf jaar tijd in de verspanende bedrijven niet aan belang heeft gewonnen. Juist deze technologie kan bijdragen aan een duurzamere maakindustrie. Met 3D-printen wordt minder materiaal verspild en kan precies daar worden geproduceerd waar de onderdelen nodig zijn. Daarnaast maakt 3D-printen het mogelijk om kleinere voorraden aan te houden. 

Arbeidsmarkt

Het beeld van de arbeidsmarkt dat in de benchmark Verspanen 2022 naar voren komt, is geen verrassing. 70 Procent van de bedrijven heeft vacatures in de werkvoorbereiding of de verspaning. Tegelijkertijd is meer dan de helft niet bezig zich voor te bereiden op het vertrek van medewerkers die aan de vooravond van hun pensioen staan. En hoewel ze zeggen dat het vak van verspaner gaat veranderen, blijven ze voor leerlingen en nieuwe medewerkers in de traditionele vijvers vissen. 

Bijna de helft (48%) van de vacatures voor verspaners betreft niveau 4 of hoger. Slechts 36% van de vacatures is nog op niveau 2 en 3. Ondanks dat de krapte al lange tijd bestaat, zegt 59% van de bedrijven via BBL- en BOL-leerlingen aan nieuwe medewerkers te komen. Traditioneel komt 80% ervan van de richting Verspanen; Mechatronica scoort met 25% ook nog redelijk hoog, maar andere opleidingsrichtingen, zoals ICT en Automatisering zorgen amper voor instroom in de verspanende bedrijven. Andere kanalen om aan nieuw personeel te komen, zijn werving via eigen medewerkers (48%), social media (38%) en uitzendbureaus (36%). De bedrijven beseffen stilaan dat ze naar andere oplossingen voor het tekort aan vakmensen moeten zoeken. 17% neemt bepaald werk zelfs niet meer aan vanwege het personeelstekort. 56% zegt het werk anders te gaan organiseren om het tekort op te lossen, en 50% zegt meer te automatiseren. Gevraagd naar wat de verspaning gaat veranderen, zegt 46% dat dit het analyseren en interpreteren van data is. Een andere ontwikkeling is dat medewerkers flexibeler inzetbaar moeten worden, op meerdere werkplekken in het bedrijf (63% zegt dit). 

De huidige generaties vakmensen die nu instromen bij bedrijven hebben een hele andere kijk op de werk-prive balans. Dit komt omdat millennials en de generatie Z meer verwachten van digitale innovaties, het belangrijk vinden dat ondernemingen hun sociale verantwoordelijkheid nemen, en hun eigen ontwikkeling meer centraal stellen. 52% van de bedrijven is het eens met de stelling dat de jonge medewerker flexibele begin- en eindtijden wil. 32% onderschrijft de stelling dat de jonge medewerkers maximaal 32 uur willen werken. En 17% is het eens met de stelling dat de jonge medewerkers in een zelfsturend team willen werken. 

Het tekort aan vakmensen is groot. Het aantal leerlingen dat voor een verspanende opleiding kiest, zal te laag zijn om vervanging en uitbreiding op te vangen. Verspanende bedrijven realiseren zich dat er andere oplossingen nodig zijn dan de traditionele: veel ondernemingen gaan het werk anders organiseren. Dit komt door het tekort aan vakmensen in het algemeen en omdat ze merken dat jongeren andere eisen stellen aan hun baan. Nog meer dan de cijfers geven de diepte-interviews aan dat ook de verspaning te maken heeft met een nieuwe generatie werknemers die echt anders denkt over werken en privé. Een 5-daagse werkweek hoeft voor velen niet meer; een vierdaagse werk­week (ook met dagen van 9 uur) kan daarentegen wel. Bedrijven die hier een goede modus in weten te vinden, zullen de komende jaren vakmensen aan zich weten te binden. Wat verbaast in de cijfers, is dat bedrijven blijven zoeken in de traditionele vijver: de BBL- en BOL-opleidingen Verspaning en Metaalbewerking. Hoewel ze aangeven dat automatisering en data-analyse aan belang winnen, stromen uit deze twee beroepsrichtingen amper mensen door naar de verspaning. Daarmee laten de bedrijven kansen liggen en ontstaat er een slechtere uitgangspositie voor de verdere digitalisering en uitrol van Industrie 4.0. 

Scholing

Het besef dat de ontwikkeling van de onderneming voor een belangrijk deel afhangt van de medewerkers, dringt door. 44% van de deelnemers heeft een opleidingsplan, 26% wil dit wel gaan opstellen. De verspanende bedrijven die in enkelstuks en reparatie- en onderhoudswerk zitten, investeren het meest in opleiding en scholing. Dat is 38 uur, een gemiddelde werkweek, per me­dewerker per jaar. Gemiddeld worden de medewerkers 29 uur per jaar geschoold. Daarvan gebeurt 45% intern en 29% extern. Leveranciers (gereedschap, software en machines) spelen een belangrijke rol in de scholing van medewerkers, samen met trainingsinstituten en de onderwijsinstellingen zijn ze de drie belangrijkste opleiders. 

Vergeleken met de Benchmark Verspanen 2017 is er vandaag de dag veel meer aandacht voor het thema opleiden en scholen. Dit jaar is hier wel nadrukkelijker naar gevraagd, wellicht dat dit het beeld vertekent. Het feit dat bijna de helft van de bedrijven een opleidingsplan heeft, geeft aan dat men beseft dat het belangrijk is medewerkers te binden aan het bedrijf en zich te laten ontwikkelen. De vraag is wel of de bedrijven bij het scholen niet te veel leunen op hun leveranciers. Is deze vorm van scholing niet te zeer gericht op het leren bedienen van machines en software? In de interviews geven de deelnemers duidelijk aan dat ze hun medewerkers ook naar externe opleidingsinstituten sturen, omdat ze juist vinden dat ze een bredere basis nodig hebben. 

Basis

De Benchmark verspaning 2022 ligt aan de bron van dit artikel. Het onderzoek is een initiatief van Koninklijke Metaalunie, die vijf brancheorganisaties kent waarvoor verspaning core business is, stichting OOM, de opleidings- en ontwikkelingsorganisatie voor de metaalbewerking, en het vakblad Made-in-Europe, dat zich specifiek richt op high end CNC-technologie. Het hele rapport is hier te downloaden: https://www.oom.nl/getmedia/3fd4c4f8-31ef-4490-ad3a-04578a7bdc85/Benchmark-verspaning-2022.pdf

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte, schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Meld je aan voor de wekelijkse nieuwsbrief van TechniShow met al het nieuws uit de productietechnologie!
Aanmelden