Europese industrie snakt naar EU-geld

De verdere ontwikkeling van een competitieve Europese maakindustrie heeft geld nodig. Net zoals de staatssteun in de Verenigde Staten en China zou Europa er alles aan moeten doen om financiering voor de industrie te leveren. De vraag naar EU-geld stond centraal tijdens een panel-discussie bij het Cecimo Forum deze week. “Verschillende lidstaten die elkaar kapot proberen te concurreren, dat is dom.”

“De transitie heeft geld nodig. Dat is de olifant in de kamer. Iemand moet er voor betalen”, zegt Maria Linkova-Nijs tijdens het Cecimo Forum deze week in het Sofitel-hotel in Brussel. Ze is uitvoerend hoofd beleid en strategie bij ACEA (European Automobile Manufacturers’ Association) en haar leden staan er in de wereld niet goed voor. De Duitse auto-industrie piept en kraakt en smacht naar betere tijden.

Amaryllis Verhoeven snapt de penibele situatie waarin de Europese industrie zich bevindt heel goed. Maar de waarnemend directeur, Toerisme, Textiel, Digitale Transformatie van Industrie en Sociale Economie bij de Europese Commissie, kan het ook niet een-twee-drie oplossen. “We hebben net een nieuw mandaat en tussen nu en twaalf maanden komt er een lawine aan initiatieven. We moeten de toegang openen naar financiën. Deze Commissie wordt de Finance Commission. Alleen is er geen nieuw geld, we moeten het doen met het geld dat we hebben. Dus moeten we zeker zijn dat we met onze publieke en private geld een grotere kritische massa kunnen bereiken.”

Ze wijst op InvestEU. Het InvestEU-programma ondersteunt duurzame investeringen, innovatie en het creëren van banen in Europa. Met de EU-begrotingsgarantie die aan internationale en nationale promotiebanken wordt verstrekt, wil het InvestEU-programma meer dan € 372 miljard aan particuliere investeringen op gang brengen voor gebieden met hoge EU-beleidsprioriteiten.

“We moeten niet rijker worden, maar slimmer in de manier waarop we het uitgeven”, vervolgt Verhoeven. “Verschillende lidstaten die elkaar kapot proberen te concurreren, dat is dom. We op moeten Europees niveau zorgen dat we publieke fondsen kunnen inzetten als hefboom om de private markt te interesseren. En er zijn zo veel investeerders. Maar die moeten wel een business opportunity krijgen.”