16 november 2022 - 8 min leestijd

FME position paper: overheid moet rol spelen om kennis en kunde te gelde te maken

FME wil voldoende opschalingsmogelijkheden voor technologie en bedrijven. Een technologie kan beloftevol zijn, maar soms is de markt nog niet rijp en moet er wel doorontwikkeling plaatsvinden om kansrijk te zijn. Dan moet de overheid een rol spelen om een ecosysteem verder te brengen en te laten groeien, samen met het bedrijfsleven. Onder andere toegesneden financiering is dan de sleutel naar succesvolle opschaling. Daarom heeft FME in een position paper zeven aanknopingspunten voor de overheid neergelegd.

Belangrijk doel wat FME betreft is durven falen. Juist omdat de volgende ASML niet te voorspellen is. Van tien innovatieprojecten falen er soms negen. Het gaat om die ene winnaar. Precies de reden dat revolverende publieke fondsen met een resultaatverplichting vaak niet de meest baanbrekende ventures bedienen en daarmee onvoldoende het doel behalen waarvoor ze zijn opgericht. “Politiek is niet voor bange mensen, ondernemen ook niet. Samen moeten we de bestuurlijke moed opbrengen om dingen te laten mislukken om daardoor vooruit te komen. Dat is de essentie van innovatie”, staat in het rapport.

Valorisatie

Ten eerste moeten universiteiten valorisatie (het te gelde maken van kennis en kunde) steviger oppakken. Van de 24 Nederlandse unicorns (start-ups met een waarde van 1 miljard dollar) komt er geen een van een universiteit. Van de 250 snelst groeiende bedrijven is slechts 2% gesteund door een universiteit. Om aantrekkelijke partners te blijven, moeten universiteiten en onderzoeksinstellingen in de EU hun interactie met het bedrijfsleven vergemakkelijken en verbeteren. De overheid heeft moet volgens de AWTI (Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie) een rol pakken door duidelijk te maken wat zij verwacht van kennisinstellingen. 

Daarnaast moeten kapitaal en subsidies beter worden toegesneden op de realiteit. Hoewel kennisintensieve start-ups bij uitstek nieuwe sectoren en bedrijfsmodellen kunnen neerzetten en baanbrekende innovaties naar de markt kunnen brengen, houden investeerders en financiers geen rekening met het verschil in (tempo van) ontwikkeling van kennisintensieve start-ups ten opzichte van reguliere start-ups. Dit pakt nadelig uit voor de financieringskansen van kennisintensieve start-ups. In vergelijking met reguliere start- ups lopen kennisintensieve start-ups achter in hun prestaties en groei. Dit heeft te maken met het feit dat kennisintensieve ondernemingen een langere aanlooptijd hebben, grotere investeringen nodig hebben en langer bezig zijn met het vinden van een bedrijfsmodel voor een innovatie.

Regio

Het derde punt van FME is dat er een landelijke regie met focus op mondiale concurrentiekracht moet komen. Volgens de AWTI mag: “regionale steun geen belemmering zijn om (inter)nationaal te groeien. Daarom is het van belang om belemmeringen weg te halen voor scale-ups die zich willen verplaatsen naar een andere regio, bijvoorbeeld omdat die de doorgroei op dat moment het beste kan faciliteren.”

De afgelopen 10 jaar is het Nederlandse valorisatiebeleid met een sterke regionale insteek gevoerd. Die aanpak werkt niet goed genoeg stelt Dialogic over de verhouding tussen Rijksbeleid en regionaal/lokaal beleid gericht op valorisatie: “Dubbele aansturing [moet] voorkomen worden. […] Uitwisseling van good practices tussen regionale valorisatiecentra is bijvoorbeeld slechts matig ontwikkeld. Ook aansluiting bij TO2-instellingen en buitenlandse centra heeft men nog maar weinig in het vizier. Dit wordt versterkt doordat regionale overheden (die het wegvallen van het Valorisatieprogramma nu ten dele afdekken) vooral oog hebben voor incubatie en acceleratie in de eigen regio.”

Door een regionale bril op te zetten, dreigen we kansrijke ondernemers op te sluiten in hun regio in plaats van ze te verbinden met een (inter)nationaal ecosysteem. Centrale regie is nodig om te voorkomen dat ondernemers de weg kwijtraken tussen alle loketten42 die in de ervaring van ondernemers vooral doorverwijzen. Een nationale scale-up-omgeving vereist volgens de AWTI één gezicht naar buiten toe, zodat ons land zich hiermee internationaal goed kan profileren. Voorkomen moet worden dat er door een regionale focus meerdere concurrerende hubs ontstaan die internationaal onvoldoende slagkracht kunnen ontwikkelen in een klein land als het onze.

AWTI: “Als regionale partijen investeren, stellen ze vaak eisen aan de vestigingsplaats, opdat de baten zo veel mogelijk terechtkomen in de regio. Scale-ups overstijgen de regio echter snel, juist omdat ze zich bij doorgroei steeds meer (inter)nationaal zullen (moeten) oriënteren. Niet alleen is hun afzetmarkt dan inmiddels veel groter, ook de arbeidsmarkt die ze benutten overstijgt de regio, net als de financieringsmarkt. Dit wringt.”

Intellectueel eigendom

Punt 4: strategisch beleid en bewustwording rond intellectueel eigendom. Nederland is te vaak een incubator voor buitenlandse ecosystemen. Dat kan niet de bedoeling zijn. We moeten voorkomen dat belangrijke potentiële aanjagers van het Nederlandse en Europese ecosysteem verdwijnen wegens onvoldoende opschalingskansen. Een innovatie ecosysteem is net zo kwetsbaar als een natuurlijk ecosysteem. Haal de bijen weg en je hele systeem stort in elkaar. Ook hier geldt het punt van in NL slecht aanwezige financiering van high potential deeptech, waardoor voor NL relevante ventures risico lopen door buitenlandse investeerders te worden overgenomen (waardoor kennis en potentie verdwijnt). Voorbeeld is SmartPhotonics dat op laatste moment nog kon worden gered uit Chinese handen.

IE (intellectueel eigendom) is de ambassadeur van een bedrijf. Dit maakt dat investeerders geïnteresseerd raken en zien dat een partij serieus is. Bewustwording advies en scholing rond IE zijn belangrijk. Daarom is het goed dat eerder werd ingezet op optimalisering kennisverspreiding en voorlichting rondom Intellectueel Eigendom. Meer is nodig. FME is daarom tevreden dat EZK en OCW aan de slag gaan met dit dossier.

Naast nieuwe technologie ligt er ook veel technologie op de plank, klaar om ingezet te worden door bedrijven die met behulp van nieuwe technologie kunnen innoveren, digitaliseren en verduurzamen. Zo kan je wel een robot kopen maar moet deze ook gebruikt worden, anders verdwijnt de robot in de hoek. Skills, acceptatie en data zijn nodig om te digitaliseren en bijvoorbeeld gebruikt te maken van alle data in een organisatie. Zonder data geen digitalisering. Zonder digitalisering geen gebruik van kunstmatige intelligentie en digital twinning. Terwijl onderzoekers, grotere bedrijven en start-ups vaak de reguliere TRL (Technology Readiness Levels)-ladder aflopen van TRL 1 naar 9 komt het mkb vaak van de andere kant binnen. De TRL’s geven de mate van ontwikkeling van een technologie aan, waarbij TRL 1 staat voor technologie aan het begin van de ontwikkeling en TRL 9 voor technologie die technisch en commercieel gereed is. Dus klaar om naar de markt te gaan. Dit is punt vijf.

Versnipperd

Het zesde punt voor FME is dat in Nederland zijn de mogelijkheden voor het opschalen van nieuwe technologieën kleinschalig en versnipperd. Hierdoor blijft de ‘onrendabele top’ te groot en de toepassing te duur, waardoor de benodigde versnelling vaak niet gemaakt kan worden. Gevolg: vertraging van belangrijke transities, zoals op het gebied van digitalisering en klimaat.

Bedrijven ervaren problemen om binnen traditionele aanbestedingsprocedures voldoende meerwaarde te kunnen bieden om deze ook te winnen. Nieuwe technologieën onderscheiden zich vaak op het gebied van verduurzaming, digitalisering, bieden van oplossingen over domeinen heen en niet zo zeer op de (aanschaf)prijs. Terwijl het laatste voor overheden vaak een doorslaggevende factor is. Minister Adriaansens (EZK) heeft in haar recente industriebrief aangeven in te willen zetten op marktcreatie. EZK schreef eerder over de VS waar de ambitie is om 3,2% van onderzoeksbudgetten van departementen in te zetten voor Small Business Innovation Research.58

FME ziet uit naar de voorstellen. De overheid (al dan niet via de vakdepartementen) kan met haar inkoopkracht zorgen dat met de uitdaging van de maatschappelijke vraagstukken de nieuwe technologische oplossingen worden ingekocht. Stimuleer innovatie met launching customerships door aanbestedingen. Het is cruciaal dat de overheid een voortrekkersrol neemt in de transitie naar een duurzame en digitale maatschappij.

Helaas worden er door gebrek aan kennis van en -uitwisseling over nieuwe technologieën veel dingen dubbel gedaan (pilots in elke regio zonder lerend nationaal vermogen en kennisdeling) en worden dus kansen gemist.

Landsgrenzen

Tot slot wil FME meer internationale innovatiesamenwerking. Internationale innovatie gaat gepaard met grote voorinvesteringen met een onzekere uitkomst. Door een collectieve aanpak worden risico’s gedeeld en de drempel verlaagd. Nederland loopt op dit vlak achter op andere Europese landen en kent nog geen structureel instrument om dit te faciliteren (in tegenstelling tot bijvoorbeeld Duitsland en Zweden). FME mist dan ook de inzet van het kabinet om voor organiserend vermogen van internationale handel en innovatie structureel geld vrij te maken zodat het mkb wordt ondersteund. Dit is zeker ook een probleem waar het gaat om opschaling. 

De AWTI: “Opvallend is dat Nederlandse (kennisintensieve) start-ups zich relatief sterk richten op de nationale markt. Het percentage ondernemingen dat dit doet, is vergelijkbaar met dat in landen als Duitsland of Frankrijk, maar daar is de binnenlandse markt veel groter. Voor de doorgroei naar een scale-up zouden starters in Nederland al snel over de landsgrenzen moeten kijken. Ondernemers in doorgroeiende start-ups noemen zelf ‘internationalisering’ ook als een zeer grote uitdaging bij de doorgroei van hun kennisintensieve start-up. Daarom is het zo belangrijk dat er niet vanuit regionaal beleid maar vanuit internationale kansen en realiteiten wordt gedacht.”

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte, schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Meld je aan voor de wekelijkse nieuwsbrief van TechniShow met al het nieuws uit de productietechnologie!
Aanmelden