27 augustus 2021 - 5 min leestijd

Geen container te vinden. Toch maar reshoren?

Nooit eerder was het zo kostbaar om een machine van China naar Europa te halen. Transport van een container van China naar Rotterdam kost nu ongeveer 12.000 dollar, tegenover 2.000 dollar een jaar geleden. Volgens de vervoerders zelf komt er niet snel een daling van deze prijzen. De oplossing? Reshoring. FPT-VIMAG-directeur Ramon Dooijewaard geeft aan dat de productietechnologie er klaar voor is.

Een van de vele mails die deze zomer in de mailbox kwamen. Afzender: vrijwel elke leverancier van machines. “Wij hebben de gevolgen van de coronacrisis voor de beschikbaarheid van reserveonderdelen tot de jaarwisseling zeer beperkt kunnen houden, maar de gevolgen van deze situatie voelen wij dit jaar echter wel. Wij ervaren oplopende levertijden in ons leveranciersnetwerk en beseffen dat transportdienstverleners tegen hun capaciteitsgrenzen aanlopen door de sterke toename van het aantal pakketten, vooral veroorzaakt door de toename van het online winkelen.”

De economie draait op volle toeren. In het tweede kwartaal van 2021 was de omzet van de industrie 19,8 procent hoger dan een jaar eerder. Na negen kwartalen van afnames ten opzichte van een jaar eerder, nam de omzet in het tweede kwartaal van 2021 weer toe. In het tweede kwartaal van 2020 lag het omzetniveau, na het uitbreken van de coronacrisis in maart, lager dan in de afgelopen elf jaar. Per saldo verwachten industriële ondernemers voor het derde kwartaal van 2021 een hogere omzet dan in het tweede kwartaal van 2021 en zijn ze positiever gestemd over de personeelssterkte dan in de voorgaande jaren. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de industrie.

Herstel

Een van de grootste uitdagingen is simpelweg het krijgen van een machine uit een ander land naar hier. Cijfers uit de Koninklijke Metaalunie Economische Barometer van de mkb-maakindustrie over het tweede kwartaal van 2021 bevestigen dat beeld. Met het herstel van de orderposities lopen veel bedrijven in de maakindustrie tegen nieuwe uitdagingen aan. Zo zijn voor 95% van de mkb-bedrijven in de maakindustrie de inkoopprijzen het afgelopen half jaar gestegen, met gemiddeld 30%. Bij metaalwarenbedrijven is de gemiddelde inkoopprijsstijging zelfs 55%. “Een uitdaging waar bedrijven lastiger op kunnen anticiperen, is de niet-leverbaarheid van materialen. Bijna twee derde van de respondenten geeft aan hier het afgelopen half jaar mee te maken hebben gehad”, meldt het bericht van de Metaalunie.

Ramon Dooijewaard herkent het probleem. “Een aantal van onze leden haalt en brengt machines van en naar het buitenland. Hun grootste uitdaging is om de spullen vervoerd te krijgen. Er zijn simpelweg te weinig containers beschikbaar. En de containers die wel worden ingezet, zijn schreeuwend duur.” Momenteel is in de containervaart sprake van historisch hoge prijzen. Die zijn hoofdzakelijk terug te voeren op de coronapandemie. Door lockdowns is de logistieke keten sterk verstoord. Dat gebeurde bijvoorbeeld eind augustus nog in de haven van het Chinese Ningbo. De haven was twee weken dicht vanwege een corona-uitbraak. Door de gedeeltelijke sluiting ontstond congestie bij andere belangrijke Chinese havens zoals die van Sjanghai, Xiamen en Hongkong. 

Minimaliseren

Een container van China naar Rotterdam vervoeren, kost tegenwoordig rond de 12.000 dollar tegen 2.000 dollar ruim een jaar geleden. Wordt het (snel) beter? Waarschijnlijk niet. Volgens het onderzoeksbureau is de huidige hoge vervoerprijs niet houdbaar, maar zal het containervervoer relatief duur blijven, ook na het in de vaart komen van nieuwe schepen in 2023. Het bureau wordt gesteund door Maersk, de grootste containerrederij ter wereld. Daar verwacht men dat de extreem hoge prijzen nog zeker tot het einde van dit jaar blijven. En Hapag-Lloyd gaat ervan uit dat het hoge prijsniveau tot in het eerste kwartaal van 2022 voortduurt. 

Uit onderzoek in opdracht van de Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij (BOM) onder meer dan zeventig internationale Brabantse bedrijven blijkt dat steeds meer bedrijven delen van hun productie terughalen naar Europa. Zo proberen ze risico’s te minimaliseren en verstoring van de productieketen te voorkomen.

Dit terughalen van de productie door de Nederlandse maakindustrie, ook wel ‘reshoring’ genoemd, was al een trend vanwege oplopende geopolitieke spanningen, sancties en handelsoorlogen. De coronacrisis heeft deze trend nog eens versneld. Bovendien zorgen digitalisering en robotisering ervoor dat Europa weer een aantrekkelijk alternatief wordt. Ook de Kamer van Koophandel ziet de reshoring toenemen bij de Nederlandse maakindustrie. Het uitbesteden aan lagelonenlanden was vooral een kostenkwestie, maar ook in China stijgen de loonkosten inmiddels. Daarnaast stijgen transportkosten en is er vaak nog sprake van verborgen kosten.

Cruciaal

De SER (Sociaal-Economische Raad) heeft onlangs een advies uitgebracht over reshoring. Voorzitter Mariëtte Hamer: “Reshoring is een bedrijfsstrategie die om verschillende redenen kan worden ingezet, waaronder het robuuster maken van ketens. Dat kan ook op andere wijze: buffervorming en diversificatie. In beginsel is de keuze voor reshoring dan ook een keuze die bedrijven moeten maken; de overheid kan dat keuzeproces moeilijk sturen en moet dat ook niet willen. De coronacrisis moet niet leiden tot een beweging naar autarkie of onnodige beperking van handelsstromen: juist voor een open economie als de Nederlandse zou dit funest zijn. Belangrijk hierbij is dat een nauwe verwevenheid van economische activiteiten spreiding mogelijk maakt.”

En de overheid kan een rol spelen in reshoring. Als bedrijven besluiten om productie naar Nederland terug te halen, kan de overheid dit faciliteren door voorwaarden te scheppen die passen binnen beleid om het verdienvermogen te versterken, meldt de Raad. Daarbij zal de overheid zich met name moeten richten op het opleidings- en kennisniveau van de (toekomstige) beroepsbevolking. 

Gezien het toenemende belang van digitalisering, automatisering en robotisering is het van cruciaal belang dat er voldoende kennis en expertise beschikbaar is in Nederland. Daarbij is het belangrijk dat de verwachtingen niet te hooggespannen zijn: reshoring kan onder bepaalde voorwaarden banen opleveren, maar de omvang ervan is gering en de teruggehaalde productieactiviteiten zijn vaak sterk geautomatiseerd of gerobotiseerd.

Ramon Dooijewaard van FPT-VIMAG ziet juist hier een kans voor de productietechnologie: “Automatisering, robotisering, ‘smart’ werken: dat is de kracht van de maakindustrie. Wij zijn er klaar voor.”

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte, schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Meld je aan voor de wekelijkse nieuwsbrief van TechniShow met al het nieuws uit de productietechnologie!
Aanmelden