Leveringsproblemen belemmeren Duitse machinebouw

Het aantal bestellingen voor de Duitse machinebouwindustrie in het derde kwartaal van 2021 was 69 procent hoger dan in het voorgaande jaar. “Het orderniveau is goed. Knelpunten in de bevoorrading en scherpe prijsstijgingen van grondstoffen en componenten houden de handel echter steeds meer tegen”, zegt dr. Wilfried Schäfer, uitvoerend directeur van de VDW (Duitse vereniging van gereedschapsbouwers) over het resultaat. 

“De verwachting is dat het aantal order de komende maanden zullen blijven stijgen. Ze worden gedreven door inhaaleffecten die nog geruime tijd zullen aanhouden”, voegt Schäfer toe. Het kan echter zijn dat het niet altijd mogelijk zal zijn om de orders naar de gewenste verkoop te vertalen, omdat de machines alleen met vertraging kunnen worden geleverd vanwege een gebrek aan onderdelen, vooral elektronische componenten. “En daarom moeten we de zomerprognose van 8 procent voor dit jaar terugschroeven naar 5 procent”, geeft Schäfer toe. Voor het komende jaar wordt daarentegen een groei met dubbele cijfers verwacht.

De bestellingen lopen ook langzaam in ten opzichte van de cijfers van 2019, het jaar vóór de pandemie, die algemeen wordt beschouwd als een zinvollere evaluatie van de huidige situatie. De cijfers over de eerste negen maanden zijn 4 procent hoger dan over dezelfde periode in 2019. De binnenlandse markt ligt echter nog steeds 12 procent onder het niveau van 2019. “De belangrijke auto-industrie lijdt vooral onder het chiptekort in Duitsland en bezuinigt daarom op investeringen”, legt Schäfer uit. De belangrijkste drijvende kracht zijn buitenlandse bestellingen, waar een stijging van 13 procent werd geboekt. Van de 15 grootste klanten van bewerkingsmachines zit tweederde weer boven het niveau van 2019, vooral Oostenrijk en Italië. De uitzonderingen zijn Polen, Frankrijk en het VK, die nog niet zijn teruggekeerd naar het niveau van voor de crisis.

Bezettingsgraad

De sterke vraag resulteert in een merkbare stijging van de bezettingsgraad. Dit was 86 procent in oktober, vergeleken met 71 procent als het gemiddelde van vorig jaar. De werkgelegenheid, een vertraagde indicator van economische ontwikkeling, heeft nog geen dieptepunt bereikt. In september was het 8,5 procent lager dan vorig jaar van 63.300 medewerkers. Tegelijkertijd meldde 46 procent van de bedrijven in een recent VDMA-onderzoek een aanzienlijk tekort aan geschoolde arbeidskrachten. Er is momenteel een verschuiving in de vraag naar meer op elektronica gebaseerde vaardigheden. “Al met al acht onze branche zichzelf goed op weg om de crisis te boven te komen. We verwachten dat de supply chains komend jaar weer stabiliseren. Dan kan onze branche haar herstel voortzetten”, besluit Schäfer.