Gezamenlijke workshop Hermle en Trumpf illustreert voordeel AM

In een gezamenlijke workshop hebben Hermle en Trumpf de planning, productie en het gebruik van additieve productiemethoden geillustreerd voor het maken van componenten voor de gereedschaps- en matrijzenbouw.

De additieve processen ontwikkelen zich snel naar complementaire technologieën voor klassieke productieprocessen. In een oefenworkshop bij Hermle in Gosheim (D) presenteerden Hermle en Trumpf hun additieve processen en toonden duidelijk de voordelen maar ook de grenzen van additive manufacturing (AM). De onderwerpen werden onderverdeeld in een theorie- en praktijkblok, waarbij de praktijk gericht was op de bewerking van een geprint onderdeel op een Hermle-bewerkingscentrum.

LMF- en MPA-technologie

In de eerste lezing legde Marc Dimter, Industry Manager Tool and Mold Making bij Trumpf Additive Manufacturing, het LMF-proces (Laser Metal Fusion) en het potentieel uit. Dit proces maakt het bijvoorbeeld mogelijk om koelcircuits te produceren die de temperatuurregeling van gereedschappen optimaliseren. Er werd ook aandacht besteed aan het gebruik van 3D-geprinte gereedschappen.

Met de presentatie van het Hermle MPA-proces kon Werner Gebhart wijzen op de differentiatie van het LMF-proces en de voordelen en toepassingsmogelijkheden presenteren op basis van toepassingsvoorbeelden.

Beide methoden hebben hun voor en nadelen. In het LMF-proces wordt de component met behulp van een laser in een poederbed opgebouwd. Het geprinte onderdeel wordt vervolgens losgemaakt van de bouwplaat en de nabewerking om de toleranties en oppervlakte-eigenschappen te bereiken, vindt plaats op een Hermle-bewerkingscentrum. In het MPA-proces wordt de MPA-technologie gebruikt om het onderdeel in het werkgebied van het bewerkingscentrum op te bouwen, waar het ook wordt nabewerkt.

Matrijsinzetstuk

Later in het programma legde Marc Dimter de additieve optimalisatie van een matrijsinzetstuk uit: van de begintoestand via de constructieve optimalisatie tot de simulatieresultaten en de gegevensvoorbereiding. Vervolgens toonde Eric Faude, applicatietechnicus bij Hermle, de referentie, het meten van het onderdeel en de benodigde klemmogelijkheden voordat het 3D-geprinte matrijsinzetstuk live werd bewerkt op een Hermle-bewerkingscentrum C 42 U dynamic.

De deelnemers, bestaande uit gereedschap- en matrijzenmakers, waren onder de indruk van de twee procedures en confronteerden de sprekers in de afsluitende discussie met veel specifieke vragen over de twee procedures, maar natuurlijk ook hoe zij in de toekomst additive manufacturing in hun bedrijf willen gebruiken.