De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie was in april 11 procent lager dan in april 2019, maakt het CBS bekend. Dat is de grootste daling sinds medio 2009. Van de acht grootste bedrijfsklassen binnen de industrie kromp de productie van de transportmiddelenindustrie het sterkst. Dat komt vooral door de auto-industrie waarvan vrijwel alle fabrieken in april gesloten waren. In bijna alle bedrijfsklassen van de industrie lag de productie lager dan in april 2019, behalve in de machine- en farmaceutische industrie.
Voor het bepalen van de kortetermijnontwikkeling van de productie kan het beste worden gekeken naar voor seizoen- en werkdageffecten gecorrigeerde cijfers. Van maart op april 2020 daalde de productie met 8,1 procent.
Door de coronacrisis daalde het producentenvertrouwen in april 2020 naar het laagste niveau sinds de start van het onderzoek in 1985. In mei is het vertrouwen iets opgekrabbeld. Producenten waren nog steeds historisch negatief over de verwachte bedrijvigheid, maar wel minder dan in april.
Duitsland is een belangrijke afzetmarkt voor de Nederlandse industrie. Het vertrouwen van de Duitse industriële producenten (Ifo-index) was in mei wat minder negatief dan in april. Dat komt volledig doordat het oordeel over de verwachte bedrijvigheid minder negatief was. De gemiddelde dagproductie van de Duitse industrie kromp volgens Destatis in april met 31 procent in vergelijking met een jaar eerder.
Van 22 tot 25 oktober vindt in Hannover EuroBlech plaats. Het motto van deze 27e editie van de internationale plaatbewerkingsbeurs …
Overbelasting van het stroomnet wordt een steeds groter probleem, ook voor de industrie. Zo staan in Utrecht, Gelderland en Flevoland …
Uit onderzoek van de Europese Commissie blijkt dat het aantal ondernemingen in de Europese ‘geavanceerde maakindustrie’ tussen 2009 en 2023 …
Onlangs publiceerde de Koninklijke Metaalunie de Economische Barometer voor het tweede kwartaal van dit jaar. Het beeld dat eruit naar …